Regañás (Knapperige broodstengels)

Featured recept afbeelding

Maak je klaar voor een culinaire ontdekking: Regañás (Knapperige broodstengels)! Deze Spaanse lekkernij is simpel te maken en onweerstaanbaar knapperig. Perfect voor bij de borrel of als tussendoortje. Ga jij deze heerlijke Knapperige broodstengels maken?

Yield: 20 stengels

Regañás (Knapperige broodstengels)

Regañás (Knapperige broodstengels)

Regañás zijn dunne, knapperige Spaanse broodstengels uit Andalusië, gemaakt van eenvoudige ingrediënten: tarwebloem, water, gist, zout en olijfolie. Ze zijn papperdun uitgerold en krokant gebakken, vaak bestrooid met grove zeezoutkorrels, sesam- of nigellazaad. Ideaal als tapas, bij vis, kaas of olijven. Dit recept levert een licht, zeer krokant resultaat met een authentieke Mediterrane smaak.

Prep Time 20 minutes
Cook Time 20 minutes
Additional Time 1 hour 20 minutes
Total Time 2 hours

Ingredients

  • 250 gram tarwebloem
  • 5 gram zout
  • 5 gram droge gist
  • 150 milliliter lauw water (ca. 25-30°C)
  • 30 milliliter extra vierge olijfolie
  • 5 gram grof zeezout (optioneel, voor bestrooien)
  • 10 gram sesamzaad (optioneel)
  • 10 gram nigellazaad (optioneel)

Instructions

  1. Weeg en zeef de 250 gram bloem in een grote kom. Meng de 5 gram zout door de bloem, houd de zout niet direct bij de gist.
  2. Los de 5 gram droge gist op in 150 milliliter lauw water en laat 5 minuten staan tot het licht schuimt.
  3. Maak een kuiltje in de bloem en giet het gistmengsel en 30 milliliter olijfolie erbij. Meng met een spatel tot een ruw deeg.
  4. Kneed het deeg 8-10 minuten met de hand of 6-7 minuten in een standmixer met deeghaak tot het elastisch en glad is.
  5. Vorm het deeg tot een bal, leg in een licht ingevette kom en dek af met plasticfolie of een vochtige doek. Laat 60 minuten rijzen op kamertemperatuur tot het ongeveer verdubbeld is.
  6. Sla het deeg door en verdeel het op een licht bebloemd werkvlak. Rol elk stuk zeer dun uit tot ongeveer 2 millimeter dikte (zorg dat het deeg bijna papierdun is zonder gaten).
  7. Laat het uitgerolde deeg 20 minuten ontspannen onder een droge doek zodat het minder krimpt bij het snijden.
  8. Verwarm de oven voor op 180°C (hetelucht uit of individuele stand). Bekleed een bakplaat met bakpapier en bestrijk het uitgerolde deeg licht met olijfolie.
  9. Snijd het deeg in lange smalle stengels van ongeveer 2 cm breed en leg ze met voldoende tussenruimte op de bakplaat. Bestrooi optioneel met 5 gram grof zeezout, of 10 gram sesamzaad of 10 gram nigellazaad.
  10. Bak de regañás 20 minuten in de voorverwarmde oven tot ze goudbruin en volledig krokant zijn. Controleer na 15 minuten; kleur kan variëren per oven.
  11. Haal de regañás uit de oven en laat ze volledig afkoelen op een rooster — ze worden nog krokanter tijdens het afkoelen.
  12. Bewaar in een luchtdichte trommel zodra ze volledig afgekoeld zijn. Serveer als tapas, bij vis, kaas of olijven.

Nutrition Information:

Yield:

5

Serving Size:

4 stengels

Amount Per Serving: Calories: 236Total Fat: 5.5gSaturated Fat: 0.8gTrans Fat: 0gUnsaturated Fat: 4.7gCholesterol: 0mgSodium: 400mgCarbohydrates: 38gNet Carbohydrates: 36.7gFiber: 1.3gSugar: 1gSugar Alcohols: 0gProtein: 5g

Wat zijn Regañás?

Regañás zijn super dunne, knapperige broodstengels. Ze komen uit Spanje, vooral uit Andalusië. Je eet ze vaak bij tapas, kaas of vis.

Ze lijken soms op stokbroodstengels. Maar regañás zijn veel dunner en krokanter. De naam komt misschien van ‘ruzie maken’. Een populaire anekdote is dat ze zo hard zijn dat ze ‘ruzie maken met je tanden’! Dat is best grappig, vind je niet?

Wist je dat: Regañás anders zijn dan Picos, een andere Spaanse broodstengel? Picos zijn vaak boller en dichter van structuur, terwijl Regañás veel platter en krokanter zijn.

Deze stengels zijn een lekkere snack. Maar ook een goed bijgerecht. Ze zijn makkelijk zelf te maken. En jij kunt straks de lekkerste maken!

Zo maak je de perfecte Regañás

Het geheim zit in het deeg dun uitrollen. Rol het deeg echt heel dun, zo’n 2-3 millimeter. Dit zorgt voor die heerlijke knapperigheid. Als het te dik is, worden ze taai. En dat willen we niet!

Laat het deeg goed rijzen. Ongeveer een uur is meestal genoeg. Sommige mensen laten het zelfs twee keer rijzen. Dit heet ‘dubbele fermentatie’ (doble fermentación) en geeft de Regañás extra luchtigheid en smaak. Maar niet te lang, anders worden ze te compact.

TIP: Prik het deeg na het uitrollen licht in met een vork om te voorkomen dat er luchtbellen ontstaan tijdens het bakken.

Bak ze op de juiste temperatuur, tussen 180-200 graden Celsius. Te heet maakt ze snel bruin. En van binnen blijven ze dan zacht. Gebruik ook lekker veel olijfolie. Dit geeft veel smaak, want goede extra vierge olijfolie geeft een fruitige en licht peperige smaak. Het helpt ook bij de krokantheid.

Tijdens het koken

Dit zijn de beste toppings

Simpel kan heel lekker zijn. Grof zeezout is een klassieker. Strooi dit over het deeg voordat je bakt. Dat geeft een heerlijke zoute smaak.

Wil je iets anders? Probeer eens sesamzaad. Of nigellazaad voor een nootachtige smaak. Rozemarijn is ook heel lekker. Je kunt het deeg er een beetje mee bestrooien.

In Spanje doen ze soms knoflookpoeder of paprikapoeder erop. Dit maakt ze lekker pittig! Wees creatief met de toppings. Wat vind jij het lekkerst?

Zo krijg je Regañás extra krokant

Het dun uitrollen is het allerbelangrijkste. Rol het deeg zo dun mogelijk. Denk aan een vel papier. Dit zorgt voor die perfecte crunch.

Bak ze niet te snel. Een lagere temperatuur (rond 180°C) en iets langer bakken helpt. Ze worden dan overal gelijkmatig krokant. Geduld is hier een schone zaak!

TIP: Gebruik een pizzasteen of bakplaat voor een gelijkmatige warmteverdeling. Dit zorgt voor een extra knapperig resultaat, vergelijkbaar met hoe ze in traditionele houtovens werden gebakken.

Gebruik goede extra vierge olijfolie. Bestrijk het deeg royaal. Dit vet zorgt voor een mooie, goudbruine korst. En het maakt de regañás nog lekkerder.

Eindresultaat recept

Andere manieren om Regañás te maken

Je kunt bloemsoorten mixen. Gebruik bijvoorbeeld half tarwebloem en half volkorenmeel. Dat geeft een andere smaak en een iets stevigere textuur. Meer een nootachtige smaak.

In plaats van olijfolie, kan je ook roomboter gebruiken. Dat maakt ze wat rijker en milder van smaak. Het is net wat jij lekker vindt. Experimenteer een beetje.

Glutenvrije opties bestaan ook. Met amandelmeel of rijstmeel. Maar weet dat ze dan minder knapperig worden. De traditionele bloem geeft de beste crunch.

Waar komen Regañás vandaan en hoe bewaar je ze?

Regañás komen dus uit Andalusië, Spanje. Vooral uit Sevilla en Cádiz. Dat is het zuiden van Spanje. Daar zijn ze heel populair.

Vroeger bakten ze ze in houtovens. Dat gaf een speciale rokerige smaak. Tegenwoordig kan het gewoon in je eigen oven. Het blijft heerlijk.

Ze passen perfect bij de Spaanse keuken. Lekker als snack. Of bij een Spaanse maaltijd, bijvoorbeeld bij een kaasplankje, charcuterie of een kommetje gazpacho. Ze zijn ook heerlijk met hummus of een lekkere dip.

TIP: Bewaar Regañás luchtdicht op kamertemperatuur. Zo blijven ze langer vers en super krokant. Als ze toch een beetje zacht zijn geworden, kun je ze kort opwarmen in een voorverwarmde oven om ze weer knapperig te maken.

Probeer ze zelf eens. Ze zijn de moeite waard!

Conclusie

Onthoud dat het belangrijkste voor knapperige regañás is om het deeg echt heel dun uit te rollen. Volg de tips voor het rijzen van het deeg en bak ze op de juiste temperatuur voor het allerbeste resultaat. Ga jij deze heerlijke, krokante Spaanse broodstengels snel zelf maken?

Skip to Recipe